Calamiteitenweg over het landgoed
2016-12
Stel: in de nabijgelegen dorpen Hollandsche Rading of Lage Vuursche vindt een grote ramp plaats! De Veiligheidsregio Utrecht van de Brandweer en de gemeenten De Bilt (Hollandsche Rading) en Baarn (Lage Vuursche) hebben daar samen over nagedacht en zijn tot de conclusie gekomen dat er voor zo’n uitzonderlijke gebeurtenis voor beide dorpen een vluchtweg moet zijn, waarover de bewoners en aanwezige toeristen het dorp kunnen ontvluchten. Voor de vluchtweg is een bosweg over Landgoed Eyckenstein gekozen. Vanwege het belang en de veiligheid van beide dorpen was Eyckenstein graag bereid hieraan medewerking te verlenen, zolang de natuurwaarden niet te veel in het geding zouden komen.
Het is nauwelijks denkbaar dat er zich in één van deze pittoreske dorpjes een grote ramp zou kunnen voordoen. We gaan er dan ook van uit dat zoiets nooit zal gebeuren. Toch behoort een veiligheidsregio mogelijke risico’s in kaart te brengen en daar zo nodig maatregelen voor te nemen. Rampen die zich zouden kunnen voordoen, zijn bijvoorbeeld een grote bosbrand of een brandende tankwagen of goederentrein met explosieve of giftige stoffen. In zo’n geval zou het kunnen zijn dat de weg door het bos de enige overgebleven vluchtweg is. Landgoed Eyckenstein ligt tussen beide dorpen in en de beoogde vluchtweg loopt dan ook dwars over het landgoed. Het betreft de route van west naar oost: Vuursche Dreef – Loosdrechtse Spoor – Karnemelksweg, langs het Boetzelaersveld.
In 2014 is Eyckenstein door de door de Veiligheidsregio Utrecht van de Brandweer benaderd om samen met de gemeenten De Bilt en Baarn naar oplossingen te zoeken. Het jaar daarop kwamen de gemeenten De Bilt en Baarn met de vraag of het Loosdrechtse Spoor over het landgoed tot calamiteitenweg omgevormd zou mogen worden. Dit particuliere bospad, dat vanwege de slechte onderhoudsstaat met grote moddergaten moeilijk berijdbaar was, zou dan opgeknapt moeten worden. Eyckenstein heeft ermee ingestemd op voorwaarde dat er een fysieke afsluiting voor gemotoriseerd verkeer zou komen, omdat de opgeknapte weg anders aanzienlijk veel meer verkeer zou aantrekken. Dat zou ook niet passen in het provinciale beleid om in dit gebied aan natuurontwikkeling te werken.
Omdat deze route ook deel uitmaakt van de ruiterpaden over het landgoed, is er voor paarden en menners een speciale voorziening gemaakt om de slagboom te kunnen passeren. In de berm naast de slagboom is een betonnen plaat aangebracht met daarop een staande betonnen paal waar paard-en-wagen wel, maar auto’s niet overheen kunnen komen.